EEN SCRIPTIE SCHRIJVEN (deel 1/3)

TIPS VOOR ONDERZOEKSOPDRACHTEN EN TENTAMENSTOF (HBO/MBO+).


HBO-SCRIPTIE / UITLEG OPBOUW VAN EEN ONDERZOEKSVERSLAG 1/3
Deel 1 (van 3). 


Dit artikel behandelt: Hoofdstukindeling van een onderzoeksverslag en scriptie, De juiste schrijfstijl van een scriptie , Een omslag en koptitel die de aandacht trekken, Een leuk, voorwoord, Het nut van leesaanwijzingen per hoofdstuk. Wat moet er in de managementsamenvatting? Voorbeeld van een Inleiding  Zorg dat de contextbeschrijving alleen maar relevante infomatie bevat, Twee voorbeelden van veel gemaakte fouten bij contextbeschrijvingen, hulpmiddel contextbeschrijving in delen micro, meso en macrovalkuil: afdwalen van de probleemstelling  Belangrijke TIP: Durf te STOPPEN wanneer je merkt dat je afdwaalt van de hoofdvraag! Pauzeer!  De 5 onderwerpen te behandelen in Methodologie   Inductief of deductief?  Methodologie-onderdeel het beschrijven van de aanpak van het onderzoek,   Uitleg geven over keuzes van verschillende methoden


Hoofdstukindeling


De hoofdstukindeling van een HBO-scriptie is voorgeschreven door je opleiding. Onderstaand zie je de meest gebruikte indeling voor scripties. Het kan per HBO-opleiding iets verschillen. Informeer bij je opleiding of je een voorbeeldscriptie mag inzien. In deel 1 worden de hoofdstukken inhoudelijk behaneld tot en met het hoofdstuk Methodologie. In de artikelen Schrijven van een scriptie deel 2 en schrijven van een scriptie 3 worden de andere hoofdstukken behandeld.


(Je kunt per hoofdstuk klikken als je snel de aandachtspunten van een bepaald hoofdstuk wilt zien).


Omslag / Titel
Voorwoord (dankwoord)
Inhoudsopgave
Managementsamenvatting / Managementsummary
Inleiding
Contextanalyse
Theorie / modellen
Methodologie
Resultaten
Conclusie, Aanbevelingen
Reflectie/discussie
Literatuurlijst
Bijlagen


De juiste schrijfstijl van een scriptie


Algemene opmerking
Een scriptie is een zakelijk document. Het moet zo geschreven zijn dat het voor lezers binnen en buiten de organisatie én voor mensen van de opleiding professioneel overkomt. Probeer vooral de ik-vorm te voorkomen. Taalgebruik zoals Ik ben geholpen door .. .. of  Ik vond het lastig om .... schrijf je voor familie en vrienden. Verander dergelijke zinnen in  ...Het onderzoek is uitgevoerd met behulp van ....   .. Het was moeilijk om ..... In het voorwoord en in de reflectie is het gepast om meer persoonlijke taal en de ik-vorm te gebruiken. Vermijd om dezelfde reden WIJ / ONS als je het over jezelf hebt of je medeonderzoekster. (uitonderingen : Hoofdstuk Voorwoord (dit is juist WEL persoonlijk) en Reflecties (dit is juist WEL persoonlijk, je leermomenten).


Het voorwoord is de plaats waar je de verbinding uitlegt tussen jou, je studie, de opleiding en het onderwerp. Verbinden houdt ook in dat je mensen bedankt en je gevoelens over het onderzoek uitspreekt. In dit hoofdstuk schrijf je bijvoorbeeld Ik wil op deze plaats...bedanken voor ....  Ik vond het een leuk onderzoek .... Je kunt afsluiten met Ik wens u veel leesplezier.


Reflectie is een hoofdstuk dat alleen is opgenomen voor studenten. In het bedrijfsleven kom je dit hoofdstuk niet tegen. De opleiding ziet het als een plaats waar de student extra punten mag verdienen door aan te geven wat aan het einde van de studie is geleerd bij het schrijven van de scriptie. In dit hoofdstuk is het juist de bedoeling om in de IK-vorm te schrijven. Benut die mogelijkheid om te vertellen wat je hebt geleerd van je eindscriptie en welke competenties / vaardigheden je aan het einde van je studie nog extra hebt verworven. voorbeeld: Ik vond het aanvankelijk moeilijk om de analyses te doen maar heb tijdens het onderzoek geleerd dat .... .


AANDACHTSPUNTEN PER SCRIPTIE ONDERDEEL 


Omslag en Titel
Je begint de omslag met de titel. Een omslag die het onderwerp  laat opvallen! Zoals een krantenkop. Daaronder plaats je een afbeelding die het onderwerp op leuke / interessante manier uitbeeldt. (zie het voorbeeld hiernaast).


Onder de afbeelding plaats je de serieuze, vaak een beetje saaie ondertitel die vertelt waar het onderzoek echt over gaat. Op de omslag plaats je natuurlijk ook jouw naam, de opleiding en maand-jaartal.


Voorwoord In het voorwoord maak je duidelijk wat de relatie is tussen de onderwerpkeuze en jou. Dit is ook de plaats om mensen te bedanken. Doe dat, ook al viel de hulp een beetje tegen. Het staat professioneel. Voorbeeld Geachte lezer, Voor u ligt mijn onderzoeksverslag naar presentatietechnieken in de hotelbranche. Het onderzoek richt zich op methoden om de presentatietechnieken van medewerkers in de hotellerie te verbeteren. Het onderzoek heb ik gedaan in het kader van mijn opleiding …….. aan Hogeschool …….. te ……. Het doel van de scriptie is om ondernemingen in de hotelbranche te adviseren hoe zij personeel kunnen leren om zich klantvriendelijk te presenteren. Ik hoop zo een stap dichterbij mijn wens te komen om een trainingsbureau te beginnen op het gebied van  klantvriendelijkheid. Op deze plaats wil ik mevrouw …. en de heer …. bedanken die mij als coach hebben begeleid. Tevens wil ik … bedanken voor de mogelijkheid om in het bedrijf mee te lopen en veel te leren over training en coaching. Ik wens u veel leesplezier. Marcel Steijn


Inhoudsopgave
De inhoudsopgave komt direct NA het Voorwoord, VOOR de Managementsummary.


Managementsamenvatting
De management samenvatting is heel kort. Stel je voor dat je deze schrijft voor een directrice die tussen twee vergaderingen 15 minuten de tijd heeft om er naar te kijken. Ze wil alleen weten WAT er is onderzocht, WAAROM het is onderzocht en WAT er uit het onderzoek is gekomen. Meer niet!


Een directrice doet er namelijk zelf niets mee. De samenvatting moet haar duidelijk maken wat voor ’schokkends’ er is onderzocht in haar bedrijf en wat ze ermee moet doen. Nog een keer goed lezen? Met spoed doorgeven aan een manager? Aan een volgende onderzoeker geven? In een lade opbergen? Papierversnipperaar? De totale samenvatting is liefst één, en maximaal twee pagina’s lang.


Begin met drie zinnen over de aanleiding (er is een probleem / verbeterpunt in het bedrijf namelijk ….) . Om dat probleem aan te pakken is een onderzoek gedaan naar …. Beschrijf kort de onderzoeksmethode (3-5 regels!)... interviews/ observaties / enquêtes…  De directrice krijgt hierdoor ook snel een indruk wat de kwaliteit is van het onderzoek. Beschrijf dan de hoofdvraag van het onderzoek die je hebt geformuleerd en eventueel deelvragen die beantwoord worden. Daarna de belangrijkste conclusies.


Dus niet de resultaten van enquêtevragen/ interviews etc. Alleen de hoofdconclusies. 
Aanbevelingen sluiten de management samenvatting af.
(Vergeet niet om aanbeveling te doen voor vervolgonderzoek naar ….(bijvoorbeeld het effect van je adviezen)).


Inleiding


Gebruik leesaanwijzingen. Het staat verzorgd. Vertel dus aan het begin van elk hoofdstuk WAT de lezer in het hoofdstuk kan verwachten. De hoofdstukken Inleiding, Theorie, Methode, Resultaten etc… beginnen allemaal met deze leesaanwijzing.


Voorbeeld van een leesaanwijzing (bij het hoofdstuk Inleiding): Gestart wordt met de beschrijving van de aanleiding en de relevantie van het onderzoek. Daarna volgen de doelstelling en de probleemstelling gevolgd door de indeling van het verslag.


Voorbeeld van een inleiding:
Een artikel in het vakblad Horeca en Hotel (2014) stelt dat de concurrentiepositie van Hotels sterk wordt bepaald door de kwaliteit van de medewerkers. In het bijzonder wordt de klantbenadering genoemd als een belangrijk aspect van de servicebeleving. Met name de middelgrote hotels hebben problemen om de kwaliteit van de service hoog te houden. Een van de oorzaken is het verlies van de ’focus op presentatie’. Als gevolg van hoge werkdruk neemt de aandacht voor presentatie af. Het ABC Hotel in Woerden is zo’n middelgroot hotel. Directeur ….. heeft gevraagd om een onderzoek te doen naar de mogelijkheden om het personeel scherp te houden op het punt van presentatie. Doel van het onderzoek is …………. De probleemstelling luidt: Op welke wijze kan ……… Het onderzoek omvat de volgende deelvragen……………… Het onderzoeksverslag heeft de volgende indeling: Het telt … hoofdstukken en … bijlagen en een literatuurlijst. In hoofdstuk 1 wordt …. behandeld …. In hoofdstuk 2…. Etc…


Contextbeschrijving (contextanalyse) In dit hoofdstuk presenteer je de eerste, algemeen oriënterende gegevens.
Als je scriptie gaat over presentatietechnieken geef dan bijvoorbeeld informatie over de huidige trainingen die er zijn op het gebied van presentatie. Belangrijk is dat de informatie uit de contextanalyse een sterk verband heeft met de probleemstelling.
Veel studenten gaan de fout in door in de contextanalyse veel aandacht te besteden aan onbelangrijke informatie. Dat komt doordat ze de standaard zinnetjes opschrijven van eerdere werkstukken. Ze vergeten om na te denken over wat RELEVANTE informatie kan zijn voor het oplossen van de onderzoeksvraag.

Het aanleveren van NIET RELEVANTE informatie in de kost punten! Want je laat dan zien dat je niet begrijpt wat we bedoelen met DE CONTEXT van je onderzoeksvragen. Voorbeeld 1:  Als je onderzoek gaat over ziekteverzuim is het fout om in de contextanalyse te schrijven over de locatie van het bedrijf, mooie omgeving luxe stranden…. Dat is NIET de context van je probleemstelling.  De beoordelaars van je scriptie zullen denken dat de ligging van het bedrijf totaal niets met ziekteverzuim te maken heeft en dat je dus niet weet wat RELEVANTE contextgegevens zijn.
Voorbeeld 2: Als je onderzoek gaat over promotie van een bedrijf dan kan je in de contextanalyse juist WEL een beschrijving geven over de ligging van het bedrijf aan luxe stranden. WANT: de ligging, aantrekkelijk aan het strand, is relevant voor de promotie van het bedrijf en daar gaat de probleemstelling over!  Als de probleemstelling van de scriptie gaat over de promotie van het bedrijf dan hoort in de contextanalyse bijvoorbeeld een beschrijving van het huidige promotieprogramma, promotiebudgetten, samenstelling van promotieteam,  resultaten van eerdere promoties, een organigram van het bedrijf met daarin aangeven waar de afdeling promotie onder valt (marketing? sales? communicatie?) en bijvoorbeeld informatie over het promotiemateriaal dat de organisatie momenteel gebruikt (en dat misschien aan vervanging toe is...?)

Een hulpmiddel om een goede contextanalyse te schrijven is de verdeling in micro-, meso- en macro-omgeving.
Micro: De (directe) ’omgeving’ rondom de probleemstelling.  Het is informatie die makkelijk te verkrijgen is. Het gaat om gegevens die het bedrijf zelf al heeft (informatie over aantal en soort van huidige klanten,  huidige manier van werken, het promotieplan van vorig jaar... We noemen het ook wel INTERNE ANALYSE (INTERN betekent 'binnen' / gegevens die je haalt uit het bedrijf zelf dus). (Micro= klein / 'dat wat je ziet als je iets onder een vergrootglas legt', bijvoorbeeld een organisatie onder een vergrootglas of een procedure of een proces ).
Meso:  (Meso betekent 'midden' (We bedoelen dat je niet helemaal onder een vergrootglas gaat kijken (micro) maar de DIRECTE omgeving van de organisatie). Je geeft dan RELEVANTE informatie die te maken heeft met de bedrijfskolom.  Dat is dus informatie over de leveranciers en producenten die samen de diensten/ producten leveren. Voorbeeld: Wanneer het probleem te maken heeft met promotie. Dan staat in de meso-analyse informatie over bijvoorbeeld de promotieafspraken die gemaakt worden tussen de fabriek en de winkel.  Zoals : ’Het is in de bedrijfskolom gebruikelijk dat ook de fabrikant een deel van de promotiekosten betaalt’ Vervolgens geef je informatie wat de afspraken inhouden, hoeveel geld er wordt betaald, hoe de taken worden verdeeld tussen fabrikant en winkelier etc.
Macro: Informatie die te maken heeft met de probleemstelling en die gehaald wordt BUITEN het bedrijf en BUITEN de bedrijfskolom van fabrikanten en tussenpersonen/ winkeliers.  Als de probleemstelling gaat over promotie dan wordt er in macro beschreven welke trends en ontwikkelingen er zijn (in Nederland/ Europa / de wereld) op het gebied van promotie.  Welke nieuwe technologieën zijn er voor de promotie?  Zijn er bepaalde ontwikkelingen in de bevolkingssamenstelling die invloed hebben op de promotie? Bijvoorbeeld:  ’Als gevolg van de vergrijzing moet het bedrijf er rekening mee houden dat de promotie afgestemd wordt op een oudere doelgroep. Dit vraagt om het inzetten van andere promotiekanalen dan alleen Smartphones’.
 


Een veel gemaakte fout is te ver afdwalen van de hoofdvraag Een fout die veel studenten maken is dat ze afdwalen van de probleemstelling. Als de probleemstelling gaat over de promotie van fietsen is het GOED om informatie te geven over de leeftijdontwikkeling (vergrijzing). Want de promotie moet daar rekening mee houden. Maar het is fout om informatie te geven over de toegenomen politieke onrust in de wereld. Als de probleemstelling echter gaat over het promoten van reizen naar het Midden-Oosten dan is het juist GOED om in de macro-analyse een stuk op te nemen over de toegenomen politieke onrust in het gebied. In een contextanalyse past wel een organogram / structuur van de organisatie. Maar ALLEEN als het echt helpt om de probleemstelling te verduidelijken.
Voorbeeld: Als je probleem gaat over presentatietechnieken van personeel, dan past hierin geen organogram. Maar misschien wel een overzicht van de trainingen die het personeel krijgt.


Veel studenten dwalen af van de probleemstelling. In plaats van een verslag dat in details gaat en precies aangeeft hoe het zit, vullen ze pagina's met bijzaken. Vaak hebben die bijzaken wel IETS te maken met het onderwerp dus wordt al snel ALLES belangrijk. Het is ook erg makkelijk om pagina's te vullen. Zo lijkt het of je al erg opschiet met je scriptie. Echter: na een paar weken moet je een concept inleveren en dan blijkt dat er van de 20 pagina's maar 3 bruikbaar zijn.
 


Je moet dus eerlijk zijn naar jezelf. Als je het gevoel hebt dat je afdwaalt van het kernprobleem van je onderzoek: STOP! Ga even met iemand praten over het kernprobleem, herhaal je probleemstelling en denk goed na. WELKE RELEVANTE INFORMATIE kan ik nog toevoegen? Wat moet ik te weten zien te komen om het probleem beter te begrijpen?


Theorie / theoretisch kader
In het hoofdstuk 'Theoretisch kader'worden bepaalde begrippen en concepten nader uitgelegd.:  Wat verstaan we onder ’klantbeleving’ ? Welke theorieën zijn er over de relatie tussen klantbeleving en presentatie van personeel? Om dit hoofdstuk te kunnen schrijven moet je de volgende vragen stellen en beantwoorden in je verslag: Welke modellen bestaan er die slaan op het probleem? Welke modellen wil je gaan gebruiken? In het hoofdstuk Theorie leg je ook uit wat de modellen betekenen.


Meer hoef je in dit hoofdstuk niet te doen. Later in je scriptie kom je terug op de modellen. Je gaat ze dan TOEPASSEN op jouw onderzoek. Dat kan in een hoofdstuk RESULTATEN maar ook in een hoofdstuk TOEPASSEN VAN MODELLEN (Een hoofdstuk dat studenten vaak vergeten maar dat heel waardevol is). 
Op welke plaats je modellen toepast mag je zelf bepalen. Soms is het voor de lezer prettiger om eerst de resultaten gepresenteerd te krijgen en later te lezen over de toepassing van de modellen. Soms kan je in het hoofdstuk resultaten direct terugkomen op de modellen. Belangrijk is om in elk geval aan te geven waarom je voor een bepaald model / bepaalde modellen kiest.


Je hoeft dus niet met alle modellen zover te gaan dat je ze ook toepast. Je moet een aantal modellen bespreken in het hoofdstuk Theorie. Je kunt dan later kiezen welk model je uitwerkt, bijvoorbeeld omdat dat model het beste aansluit op je onderzoeksgegevens.


Methodologie In dit hoofdstuk wordt de methode van onderzoek beschreven.
Je legt uit welke aanpak je koos om gegevens te verzamelen. Dit motiveer je. Ook leg je uit op welke manier de modellen worden gebruikt. De methode wordt per deelvraag behandeld.

Meestal worden de volgende 5 onderwerpen behandeld:
- Gaat het om een beschrijvend onderzoek / verkennend onderzoek / een verklarend onderzoek of evaluerend?
- Vanuit welke overtuiging/ filosofie is er onderzoek gedaan?
- Wordt het onderzoek gedaan met een bepaalde theorie/ verwachte uitkomst? (deductief) Of is er geen theorie / verwachte uitkomst? (inductief)
- Kwalitatief of Kwantitatief onderzoek (of beide?)
- Aanpak/ details: WAT ga je dan precies doen? Met wie ga je praten. Wie ga je enquêteren? Hoeveel? Waarom dat aantal? Hoe ga je interviewen?

Uitleggen van de voor- en andelen van je methode. Je moet ook laten zien dat je de voor- en nadelen van een bepaalde methode kent. Schrijf dus op wat je hebt geleerd over aandachtspunten van de methode(n).  Hiervoor pak je je aantekeningen van het vak onderzoeksmethoden er nog eens bij. Je kunt ook de boeken uit de les raadplegen en nalezen wat aandachtspunten zijn van een bepaalde methode.
In dit hoofdstuk horen bijvoorbeeld ook thuis:
- Berekenen van de benodigde steekproefomvang.
- Beschrijving (in detail) van jouw manier van interviewen.
- Beschrijving (in detail) van jouw manier van observeren.


Uitleg over de manier waarop onderzoeker zorgt voor betrouwbare uitspraken, validiteit, generaliseerbaarheid, voldoende nauwkeurigheid.
Als je gebruik maakt van enquêtes moet je laten zien dat je de steekproefformule beheerst.
Laat zien dat je zelf kunt uitrekenen hoeveel enquêtes er afgenomen moeten worden.
(Zie artikel Steekproefomvang, berekening)


Valkuil! In het hoofdstuk methodologie beschrijf je hoe het onderzoek uitgevoerd wordt, als alles naar wens verloopt.
Je geeft dus geen resultaten. Wanneer je dus te weinig enquêtes hebt afgenomen, dan moet je dat beschrijven in het hoofdstuk Resultaten.
Ook de gevolgen die het afnemen van te weinig enquêtes heeft voor de betrouwbaarheid van je onderzoek moet je pas bespreken in het hoofdstuk Resultaten.


EINDE DEEL 1 van een 3 delige reeks over de inhoud van een scriptie.
Bekijk ook deel 2 en deel 3 uit de reeks. Klik hier voor een overzicht van alle artikelen.


The Research & Education Company BV is een full-service onderzoeksbureau. Bekijk hier inspirerende voorbeelden van innovatieve onderzoeksprojecten.
Voor junior onderzoekers hebben we de Steekproefcalculator die automatisch uitrekent hoeveel respondenten u netto moet realiseren voor een betrouwbaar en nauwkeurig onderzoek.

DEEL DEZE SITE MET MEDE-STUDENTEN
Er is veel zorg besteed aan deze uitleg. Het is begrijpelijk geschreven met duidelijk voorbeelden. Maandelijks bezoeken 4000 HBO (en WO) studenten onze site. Als je vindt dat de site je goed geholpen heeft, vergeet dan niet om dit te delen en te liken. 



 EEN GOEDE PROBLEEMSTELLING FORMULEREN (HOOFDVRAAG)
EEN SCRIPTIE SCHRIJVEN (deel 2/3) 
Terug naar overzicht